Zoals het komt

Zoals het komt 150 150 Rouwen en Vieren - Amersfoort

SHANNON SCHRIJFT

Zoals het komt

Ik kan mezelf niet dwingen om over een bepaald onderwerp te schrijven, er is ook geen recept waardoor ik kan schrijven. Ik denk dat mijn hart een percentage aan emoties en gevoelens kan hebben, waarna mijn hoofd het overneemt in de vorm van zinnen op papier.

De afgelopen dagen schreef ik stukjes tekst, maar het lukte me niet om er één geheel van te maken. Het loopt niet en ik weet ook niet zo goed wat ik ermee wil zeggen. Vanochtend realiseerde ik me dat dit onderwerp niet is wat me nu het meeste bezighoudt. Dus ik liet de flarden van tekst los.

Mijn vader is ziek, geen verkoudheid of een griep, maar echt goed ziek. Hij heeft tumor resten in zijn hoofd die niet verwijderd kunnen worden.

Door omstandigheden was mijn vader er niet toen ik opgroeide en ben ik hem zo’n 10 jaar geleden gaan zoeken. Ik schakelde een organisatie in want ik liep constant tegen wetgeving aan. Een Amerikaanse ex-militair zoeken bleek moeilijker dan gedacht. Mijn tante vond hem uiteindelijk door elk telefoonnummer te bellen dat ze kon vinden van personen met dezelfde achternaam als de mijne.

Een gevoelsmatig tikkende tijdbom ook al zijn de tumor resten rustig, ze ‘slapen’ en ik ben huiverig voor wat er gebeurt als deze resten wakker worden. Naar alle waarschijnlijkheid zullen ze agressiever ontwaken. Mijn hoofd wil graag controle hebben en naast de verslagen van de artsen heb ik alles gelezen wat er te lezen valt over deze vorm van kanker. 

De afgelopen jaren waren hobbelig, de duizenden kilometers afstand tussen ons zijn ingewikkeld, het tijdsverschil en achteraf gezien een groeiende tumor die zich nog niet kenbaar maakte maar met waarschijnlijk al de nodige gevolgen maakte het er niet makkelijker op. Een genetische band, maar elkaar niet kennen. Met allebei onze eigen overtuigingen, karakters en dingen invullen voor de ander. Mijn vader wilde mijn leven nooit overhoop halen en ik nam het hem kwalijk dat hij niet voor me gevochten heeft, althans niet in hoeverre ik dit gemerkt heb.

Het kostte me een hele tijd om te durven toegeven dat ik hem wil bezoeken, ondanks alles wat er is en dat is veel. Het kostte me jaren om te kunnen voelen en om later hardop te durven zeggen: “Ik wil jou zien, ook al weet ik niet wat jij daarvan vindt”. Opkomen voor mijn eigen behoeften ook al is er een kans dat dit niet wordt beantwoord door de ander. Een kwetsbaar risico. 

En zo had ik mijn vader vorige week aan de lijn. Met vanuit mij de insteek om hele praktische dingen te bespreken nadat ik eerder het serieuze idee van hem bezoeken via een tekstbericht had geopperd. Hij zat vol met ideeën, want New York bezoeken met een vroegere local is anders dan de toeristen ervaring. Hij was enthousiast en opgewekt en kletste ronduit. Hij vond dingen heel logisch ‘’omdat ik zijn dochter ben’’. Hoe kwetsbaar ook, gaf ik aan dat ik twijfelde of hij me wel wilde zien. 

In 2017 zijn we elkaar op 20 minuten misgelopen in New York toen ik mijn oma, zijn moeder, bezocht. Zij was aan haar laatste levensfase begonnen en ik wilde haar graag nog een knuffel geven. Hij vertelde hoe hij hoopte dat ik had besloten om daar in de buurt te gaan winkelen, met een foto van toen ik 3 jaar oud was in zijn hand, is hij elke winkel ingegaan en heeft hij aan het winkelpersoneel gevraagd of iemand mij gezien had. In de hoop dat hij me nog zou vinden. 

Ik heb dit nooit geweten. Het veegde mijn negatieve overtuiging in één keer onderuit. Dit waren woorden waarvan ik niet wist dat ik ze nodig had om te horen.

En dan blijft het feit dat er tumor resten zijn, kanker, in zijn hoofd.

Hij is er nog, hij noemde mijn naam, ik hoorde zijn stem, hij maakte grapjes, hij verontschuldigde zich en probeert nu er te zijn in hoeverre dat kan, maar toch is er rouw. Die rouw was de afgelopen week zo aanwezig: rouw om wat ik gemist heb, rouw dat ik zonder mijn eigen vader heb moeten opgroeien, rouw omdat dingen anders gegaan hadden kunnen zijn als hij er wel was geweest. Maar ook rouw voor wat er nog komen gaat.
Eerlijk gezegd ben ik doodsbang voor wat er komen gaat, angst om deze hechting met mijn eigen vader verder aan te gaan want de kans dat hij er over een paar jaar nog is, is klein.
Maar terwijl ik die angst vast pak probeer ik bewust deze hechting aan te gaan omdat ik wil geloven dat dit helend gaat zijn. Liever iets gehad hebben, hoe kort ook en het dan verliezen, dan het nooit gekend te hebben. Want ook iets wat je niet gekend hebt kan je op een dieper niveau ontzettend missen.

Ik weet nog steeds niet zo goed wat ik wil zeggen met deze tekst, misschien moet ik het gewoon even kwijt. Een soort van ‘voorbereidende’ rouw terwijl ik tegelijkertijd dankbaar probeer te zijn voor de woorden die ik van mijn vader krijg. Misschien is dit een beetje het vieren van wat er nu is.. en zie daar: Rouwen & Vieren.

Een soort van ‘voorbereidende’ rouw terwijl ik tegelijkertijd dankbaar probeer te zijn voor de woorden die ik van mijn vader krijg.