SHANNON SCHRIJFT
Dementie
‘’Hoe heette ze ook al weer?’’
“Je weet wie ik bedoel, ik kwam haar hier na 30 jaar weer tegen’’.
Dit is het moment waarop mijn adem stokt en jij je herinnert hoe ze heet.
We zijn op de plek waar ze beide terecht kwamen vanwege hun dementie. Voor haar, één van haar beste vriendinnen van vroeger en voor mij, de veilige haven die ik zo gemist heb.
Dementie is zo iets ongrijpbaars.. waar je het ene moment mijn naam niet weet en moet spieken op mijn naamkaartje. Waar je het andere moment opkijkt van je krant, me begroet met mijn naam bij binnenkomst en verder gaat alsof ik totaal niet verwonderd ben over het feit dat je mijn naam nog weet.
Maar altijd komt er een moment waarop je mij met haar linkt, zonder dat ik zelf over haar begin.
Je vroeg me of je de afscheidsbrief die je voor haar geschreven had nog hebt voorgelezen. Ik pauzeerde want ik moest mezelf herpakken waarop je invulde dat ik dat misschien niet meer weet en toen vroeg je of ze hier stierf.
Ik reageerde dat ik bijna alles van die dag nog weet, want alle kleine details zitten in elke vezel van mijn zijn opgeslagen.
Dementie is kneiterhard, waar je soms vergeet dat ze er niet meer is en ik je moet vertellen dat ze stierf. Ik probeer je het zelf te laten herinneren maar soms moet ik je wereld weer opnieuw vermorzelen.
Soms voel ik me schuldig dat ik de link ben, de link naar haar, de link naar die rouw. Ik vraag me dan af wat die link is.. mijn naam? Mijn stemgeluid? De manier waarop ik je naam zeg? Mijn geur? Ik vroeg het aan je vanavond en ik kreeg een simpel antwoord: dat ik haar ook ken en dat ze dan makkelijk over haar praat. Dat ik het niet erg vind om haar naam te horen. Ik lachte zacht, ze moest eens weten hoe fijn ik het vind als haar naam genoemd wordt.
Dementie is herhaling, ik heb het verhaal dat jullie liever in de Langestraat liepen dan in de klas zaten al zo vaak gehoord dat ik het kan vertellen alsof het mijn eigen herinnering is. De Vespa club kan ik bijna voor me zien, hoe levendig je er over verteld. Soms ben je verbaasd dat ik iets aankaart wat je zelf verteld hebt, maar ik luister altijd alsof ik het voor het eerst hoor. Soms verschillen de jaartallen of haal je namen door elkaar maar de kern blijft hetzelfde.
Je kijkt altijd weg op het moment dat je geraakt wordt. Tranen in je ogen en je stem slaat over. Ik probeer altijd contact met je te maken, de verbinding met je te houden en vanavond vroeg ik of je een knuffel nodig had, de woorden verwarde je dus ik vroeg je of ik je even vast moest houden. Je wuifde het weg, ik weet stiekem dat je die emoties lastig vind.
Dementie is rouw, dementie is verlies, dementie zorgt ervoor dat er in een verlies situatie nog meer rouw bij komt kijken. Maar dementie is voor mij ook verbinding, verbinding op een laag die niet meer gesproken wordt.
“Goh, wat mis ik haar’’ en met een teneergeslagen zucht noemde je haar naam.
Ik kon het alleen maar beamen: ‘’ik weet het, ik ook’’.
Ik lachte zacht, ze moest eens weten hoe fijn ik het vind als haar naam genoemd wordt.